De AVLEG-vlieguren helpen
Die ene betweter in een groep; vervelend. Als de hele groep zich tegen jou als docent keert; nog moeilijker. Wat helpt om je groep op koers te houden, is oefenen. Nicole Philippens en Ester Jansen leiden leefstijlcoaches op voor de CooL-interventie. ‘Wij pikken mensen die de Academie voor leefstijl en gezondheid hebben gedaan er zo uit. Zij hebben tijdens de opleiding al vlieguren gemaakt en dat geeft hen een stevige basis.’
In de CooL-interventie werken jullie veel met groepen. In hoeverre bereidde de opleiding je daarop voor?
Nicole: ‘Als je een groep draait; doe je heel veel dingen tegelijk. Je bent bezig met de inhoud, met de structuur en ook met de groepsdynamiek. Dat is allemaal ruimschoots behandeld in de laatste module bij de Academie voor leefstijl en gezondheid. Dat is echt een grote meerwaarde, want als we nu zelf leefstijlcoaches trainen voor CooL zie ik hoe belangrijk die ervaring is.’
Ester: ‘Ja, eens. Dat we ‘gedwongen werden om te oefenen met groepen en dat ik alles kon bespreken met Nicole heeft mij heel veel zelfvertrouwen gegeven. Mijn eerste echte eigen groep bleef spannend, maar zonder al die oefening had ik het een stuk moeilijker gehad.’
Wat gaat er makkelijker?
Nicole: ‘Omgaan met de ‘lastige klanten’, met weerstand in een groep. Dat is voor beginnende coaches vaak heel spannend. Want wat doe je als de groep niet wil? Precies dat ga je oefenen bij de Academie voor leefstijl en gezondheid. Je leert om te herkennen in welke fase van ontwikkeling een groep zit, en dat de fase van ‘met z’n allen tegen de docent’ er vaak bij hoort en tijdelijk een onderdeel is van de groepsdynamiek. Je leert hoe je, ook dan, de touwtjes in handen houdt door de manier waarop jij voor de groep staat. Wat ik zelf heel erg geleerd heb, ook door m’n eigen ervaring: als je voelt dat er iets leeft, pak het dan aan. Laat het niet liggen.’
Ester: ‘Mensen die met CooL willen werken realiseren zich niet altijd dat het een open interventie is. Er ligt geen kant en klaar protocol, en dat is met een reden namelijk dat de interventies kunnen worden aangepast aan de doelgroep. Wij merken dat naarmate mensen meer ervaring hebben in het werken met groepen, ze zich hier meer senang bij voelen. Als je met een CooL-licentie wilt werken zonder ervaring in het opzetten en begeleiden van groepsbijeenkomsten, dan kan dat open karakter best beangstigend zijn.’
En verder?
Nicole; ‘Als deelnemers aan CooL naar mij of naar Ester kijken, dan zien ze iemand die niet worstelt met overgewicht. Dat vertalen ze in hun hoofd naar: ‘wat zij vertelt en doet is voor mij niet haalbaar.’ In die zin zijn wij geen goed rolmodel. Maar als het een andere deelnemer wél lukt om 250 gram groenten te eten, dan kan de rest zich daaraan optrekken. Je kunt door te oefenen met groepen, zoals bij de Academie voor leefstijl en gezondheid, dit ‘potentieel van de groep’ gebruiken. Ik zie dat veel onervaren coaches dat laten liggen.’
Ester: ‘Ja, mensen die niet geleerd hebben om met groepen te werken, gebruiken te vaak dezelfde rol, de rol die ze ook inzetten bij 1 op 1 coaching. Daar is het contact met de coachee heel intensief, en deelnemers ervaren dat soms als ‘zwaar’. Maar in een groep kunnen mensen juist ook veel fun en plezier met elkaar hebben – en dat is voor de coach makkelijker om voor elkaar te krijgen, als je de juiste rol daarin aanneemt.’
Nicole: ‘Ja, en wij hebben, door al onze ervaring, nu best makkelijk praten. Het is een hele kunst om mensen tot hun recht te laten komen en weerstand op te lossen. Dat kun je niet in één keer. Daarin moet je jezelf echt een leertraject gunnen, zoals Ester het altijd zo mooi zegt. Eigenlijk hoort zij dit nu te noemen, maar omdat ze mijn buddy is, doe ik het, haha.’
Interview Susanne de Joode
Check de training: 4-daagse training het coachen van groepen